Nederland-Slank-Mar-14-2024-05-17-45-2411-AM

Glyconutriënten als netwerkcommunicatie

Geschreven door: Liesbeth van Duijn
19 september 2019

 

Fruit en groenten bevatten essentiële suikers (glyconutriënten). Ze worden in fruit gevormd in de laatste dagen van rijping door de zon. Fruit dat veel te vroeg (onrijp) wordt geplukt om verscheept te worden, bevat niet de 8 essentiële suikers die nodig zijn voor een goede weerstand.

Wereldwijd wordt in voedingsleerland aangenomen dat suikers alleen een belangrijke rol spelen in de productie van energie. Steeds meer wordt echter duidelijk dat deze theorie niet klopt omdat suikers een veel complexere rol spelen. De ontdekking van de gezondheidsvoordelen van het nog tamelijk onbekende monosacharide mannose leidde tot een zoektocht naar andere suikers met mogelijk waardevolle eigenschappen.

Mannose is een suikervorm, die van nature in bepaalde fruitsoorten, zoals ananas en cranberry voorkomt. Diverse studies hebben aangetoond dat bij blaasontsteking, D-Mannose in staat is aanhechting van de E. coli aan de blaaswand te verhinderen.

Ontdekt werd dat acht individuele suikers door het menselijk lichaam worden gebruikt voor de synthese van glycoconjugaten, moleculen die noodzakelijk zijn voor de gezondheid van veel lichaamsfuncties en systemen. Deze zienswijze heeft geleid tot een nieuwe wetenschap, de zogenaamde glycobiologie.

Misvatting over sachariden

De overtuiging dat sachariden alleen zouden worden gebruikt voor de energieproductie klopt dus niet meer. Deze speciale suikers noemt men essentiële suikers, die het lichaam niet zelf maakt en dus via de voeding aangevoerd moeten worden. Er zijn nog tientallen suikers die het lichaam wel kan maken. Deze tientallen suikers zijn niet essentieel.

Alleen planten kunnen zonne-energie gebruiken om de koolhydraten te maken die het lichaam nodig heeft. Planten in het dieet zijn de belangrijkste voedingsbron van deze essentiële koolhydraten(suikers). Planten bevatten van nature meer dan 200 suiker structuren (sachariden). Acht van deze suikers zijn essentieel gebleken voor onze gezondheid. Een gezond lichaam kan plantenkoolhydraten afbreken tot monosachariden en deze opnieuw bouwen tot glycoforms die nodig is voor de celcommunicatie.

Fruit en groenten bevatten essentiële suikers. Ze worden in fruit gevormd in de laatste dagen van rijping door de zon. Het fruit dat veel te vroeg (onrijp) wordt geplukt om verscheept te worden, bevat daarom niet de 8 essentiële suikers die nodig zijn voor een goede weerstand.
Glucose en galactose zijn overmatig aanwezig in het huidige dieetTwee van de acht essentiële suikers zijn in overmaat aanwezig in de huidige voeding namelijk glucose en galactose. Galactose is een melksuiker en komt voor in zuivelproducten en glucose zit (in overmaat) in geraffineerde suikers tussendoortjes, snacks, vruchtensappen, brood, pasta en koekjes.

Het lichaam kan vanuit glucose en galactose de andere 6 essentiële suikers maken via uitgebreide processen van omzetting en energie uitwisselingen. Dit proces kost veel energie en heeft veel enzymen nodig. Er zijn 38 enzymatische reacties nodig om galactose in fucose om te zetten. Tegenwoordig verlopen deze omzettingen niet goed meer. Dit komt omdat er mensen zijn met aangeboren stofwisselingsziekten, waardoor zij één of meer van de enzymen missen die nodig zijn voor deze omzettingen.

De omzetting heeft ook specifieke vitamines nodig bij bepaalde stappen en ook deze vitamines kunnen ontbreken. Iedere stap in deze enzymatische omzetting kost energie. Hoe meer stappen er nodig zijn, hoe meer energie wordt verbruikt. De goede darmflora bacteriën (de bacteroides-soorten) zijn in staat, om van poly-sachariden (meervoudige suikers), monosachariden (enkelvoudige suikers) te maken.

Aangezien de darmflora tegenwoordig niet meer optimaal is, verloopt dit proces minder efficiënt. In de voeding moet men dus attent zijn op voldoende aanvoer van deze essentiële suikers. Moedermelk bevat 5 van de 8 essentiële suikers, te weten N-acetylneuraminezuur (siaalzuur), fucose, galactose, N-acetylglucosamine en N-acetylgalactosamine. Immunoglobuline A (IgA, antilichaam) is een glycoproteïne en zorgt ervoor dat virussen die via de luchtwegen binnenkomen worden herkend en geëlimineerd evenals schadelijke bacteriën.

Diverse studies tonen aan dat ieder van deze sachariden specifieke functies heeft in het lichaam naast louter energieproductie. Deze functies zijn onder meer cellulaire communicatie, structurele integriteit, fysieke bescherming en cellulaire adhesie.

Cellulaire communicatie

Monosachariden worden door het lichaam gebruikt voor cel tot cel communicatie. Deze suikers kunnen worden gerangschikt in talrijke combinaties en fungeren daardoor als een soort ‘intracellulaire chip met suikercodes’. Gezonde cellen laten specifieke combinaties zien die worden herkend door andere lichaamscellen. Vreemde niet herkenbare combinaties van sachariden worden 'gelabeld' tot uitscheiding.

De essentiële suikers zijn met hun suikercodes het 'alfabet' van de cellulaire communicatie. Ze vormen de 'antennes' die op de celwanden zitten. Als alle antennes goed werken, vindt er optimale informatie overdracht plaats tussen cellen en 'praten' cellen beter met elkaar. Als gevolg daarvan kunnen allerlei functies beter worden uitgevoerd.

Correcte configuraties van monosachariden zijn in het bijzonder van vitaal belang voor cellulaire communicatie van het immuunsysteem, omdat het de taak van deze specifieke cellen is om vreemde binnendringers te herkennen en te elimineren.

Structurele integriteit

Essentiële suikers assisteren de cel niet alleen in communicatie maar zijn ook belangrijk voor de stabiliteit van vele onderdelen van het lichaam. Zo zijn de bindweefsels in hoge mate afhankelijk van verscheidene sacharide bouwstenen.

Fysieke bescherming

Omdat de essentiële suikers als buitenste molecuul op celoppervlakken aanwezig zijn, vormen ze een cellulaire barrière voor de omgeving. Deze rol zien we op de slijmvliesbekleding van het hele maag-darmkanaal, waar sacharide moleculen de aanhechting van toxines en vreemde lichamen kunnen tegenhouden. Tegelijkertijd kunnen ze nutriënten en onschadelijke moleculen binden en absorberen.

Cellulaire adhesie

Essentiële suikers worden gebruikt in cellulaire aanhechting. Dit heeft directe gevolgen voor trombocyten aggregatie en weefselstabiliteit. Een sacharide conjugaat genaamd heparine is een belangrijk molecuul om de stolbaarheid van het bloed te verminderen.
Genezende suikers en schadelijke suikersSuikers zijn grofweg in te delen in genezende suikers en potentieel schadelijke suikers.

Glucose is een enkele glucosemolecuul. Kristalsuiker of sucrose bestaat uit een één glucosemolecuul en één fructosemolecuul. Zetmeel is een koolhydraat dat uit ketens van meer dan drieduizend glucosemoleculen bestaat. Er wordt terecht over snelle en langzame koolhydraten wordt gesproken, maar zetmeel is voor 100% opgebouwd uit glucose.

In de mond, maag en darm worden de lange ketens gesplitst en komen er massale hoeveelheden glucose vrij. Rijst bestaat voor meer dan 70% uit zetmeel, ook zilvervliesrijst, rijst wafels voor 90%, tarwe voor 65%.

Glucose heeft geen waarde en levert geen energie, het verstoort de bloedsuikerspiegels, veroorzaakt vermoeidheid en overgewicht. Suiker is een verwarrend woord daar het synoniem is geworden aan kristalsuiker (glucose-fructose). Er zijn nog veel meer essentiële suikers, die we rekenen tot de genezende suikers.

Diverse voedingsmiddelen beschikken van nature over glyconutriënten.

Cellulose

Bronnen: rauwe groenten; gunstig voor darmbacteriën zoals Bifido. Bij onvoldoende cellulase kunnen rauwe groenten veel gasvorming geven bij mensen. Gestoomde en gekookte en gekiemde groenten worden dan beter verteerd.

Arabinogalactaan

Bronnen: cocosmeel, wortel, zwarte bonen, peer, tomaat, kokosnoot, curcuma, salie, lariks. Arabinogalactaan werkt immuniteit verhogend en kan de activiteit van voedingslectinen (lectines zijn planten eiwitten die allergische reacties kunnen geven en daardoor slijmvliesontstekingen geven) afremmen.

Mannose (een variant is acemannan)Bronnen: bonen (peulvruchten), linzen,  aloë vera sap. Daarnaast komt het voor in: groenten (kool, broccoli, tomaten, paddenstoelen, shiitake) en fruit (zwarte, blauwe en rode bessen, kruis- en veenbessen (cranberries), perziken, appels, sinaasappels.

Mannose is rijkelijk aanwezig in de schimmelwand en de cyste van de parasiet. De tuberkelbacterie, de klebsiella, de shigella binden zich aan de darm via mannose. Mannose verhoogt de weerstand tegen ongunstige bacteriën, virussen en schimmels en remt de vorming van de schimmelcelwand.

Het stimuleert de werking van het immuunsysteem door middel van stimuleren van de fagocytose (celvraat), waardoor bijvoorbeeld schimmels uit de weg worden geruimd. Tevens heeft het een gunstige invloed op de samenstelling en werking van de darmflora, een ontstekingverminderende werking (bij o.a. reumatoïde artritis) en een anti histamine werking. Manose heeft een gunstige invloed op de werking van de spijsverteringsorganen.

N-Acetyl Galactosamine (NAG)NAG wordt gevonden in natuurlijke bronnen als: runder producten, bepaalde soort roodwieren (Dumontiaceae) en in shiitake paddenstoelen. Agar is rijk aan NAG maar ook aan galactosamine en sialinezuur. N-Acetyl galactosamine versterkt de darmvlokken. Een daling van N-acetylgalactosamine geeft kleinere darmvlokken. Het is een goede voedingsbodem voor de darmflora. NAG ondersteunt de cel tot cel communicatie.

Galactose (een variant is galactomannan)Galactose is een combinatie van mannose en galactose). Bronnen: bonen (vooral de black-eye), (sperciebonen, snijbonen), tomaat, (hazel)noten (vers). Fenegriekzaadjes (gekiemde zaden kan ook) bevatten galactomannan.

Zwarte bessen (Ribes nigrum) bevatten galactaan, galactose en arabinose die de aanhechting van Helicobacter pylori aan het maagslijmvlies voorkomt. Plantaardige stoffen die veel galactose bevatten verhinderen de binding van parasieten.

Galactose is eveneens belangrijk bij wondgenezing en komt ook voor in borstvoeding en in zuivel waar het ontstaat uit de disacharide lactose. Galactose verhoogt de calciumopname en bevordert opname van mineralen en vitamines.

Daarnaast versterkt het de darmflora (microflora), remt schimmelhechting, heeft een genezende werking op het slijmvlies, verhoogt de weerstand tegen ongunstige bacteriën, vermindert ontsteking en bevordert de cellulaire communicatie.

Inuline

Bronnen: artisjok, asperge, prei, ui, arrowroot, zoete aardappel, knoflook, aardpeer ( 1 ons = 14 gram inuline), cichoreiwortel. Lactobacillus groeit goed op inuline. Fructo-oligosacchariden bestaan uit inuline. Het geeft echter vaak gasvorming als ‘bijwerking’.

Pectines

Bron: geraspte appel (biologische met schil)
N-acetylneuraminezuur ( wordt meestal siaalzuur genoemd)Deze essentiële suiker komt o.a. voor in moedermelk, kippeneieren, wei-eiwitisolaat en rauwe melk. Het komt voor in celwanden en slijm en verhoogt de weerstand tegen ongunstige bacteriën en schimmels. Het speelt een rol in de communicatie van de cel met zijn omgeving als onderdeel van mucine-hechtmoleculen.

Het slijm van de darm bestaat uit mucinen. N-acetylneuraminezuur is een immunomodulator die de viscositeit van slijm beïnvloedt waardoor weer bacteriën, virussen en andere ziekteverwekkers worden tegen gehouden. De hoeveelheid N-acetylneuraminezuur (siaalzuur) neemt af met het ouder worden.

Fucose

Bronnen: moedermelk, kelp, zeewier, Japanse bruine algen, champignons, medicinale paddestoelen (Reiskhi, Shiitake, Mai take, Coriolus Vesicolor ) en zaden. Kelp bevat fucose, xylose, mannose en galactose. Remt bacterie groei (o.a. de schadelijke bacterie Helicobacter pylori die verantwoordelijk is voor maagzweer). Heeft een ontstekingsremmende invloed bij darminfecties en luchtweginfecties. Vermindert allergische reacties en herstelt de communicatie tussen cellen.

Xylose

Bronnen: kelp, bessen (zwarte bessen, loganbes, framboos), peer, aloë vera, okra, berken sap, zaden, guave, granen (gerst, rogge), kruiden ( echinacea, boswellia), psyllium, broccoli, spinazie, eierplant, erwten, aubergine, sperziebonen, groene boon, kool en maïs. Xylose heeft natuurlijke antischimmel en antibacteriële eigenschappen. Het wordt toegevoegd als zoetstof aan kauwgom en remt de vorming van bacteriën in de mond.

Het is even zoet als glucose. Suiker (saccharose) stimuleert bacteriegroei rond de tanden en veroorzaakt verrotting van de tanden. Xylose heeft dit effect niet. Xylose bevordert de groei van een gezonde darmflora en bevordert de cel tot cel communicatie. Onderzoek heeft aangetoond dat xylose kan bijdragen aan het voorkomen van kanker in het spijsverteringsstelsel. Xylose spiegels zijn vaak laag bij mensen met aandoeningen van het maag-darmkanaal, zoals colitis ulcerosa.

Hieronder volgen enkele voorbeelden van ‘zoete’ communicatie waarbij de essentiële suikers een grote rol spelen.

Essentiële suikers en eetstoornissen

Er is een belangrijke wisselwerking tussen de hersenen en de darm. Informatie overdracht vindt plaats door middel van peptiden. Peptiden zijn aminozuren (eiwitten) die boodschappen van de ene naar de andere cel kunnen overbrengen. Peptiden worden in de hersenen maar ook in de darmen geproduceerd. Hormonen zoals insuline, schildklierhormonen en serotonine zijn peptiden.

Serotonine heeft te maken met eten, slapen, seksueel gedrag en dagritme. Een tekort veroorzaakt depressie en verdriet. Obsessief en compulsief gedrag hangt samen met een afwijkende hoeveelheid serotonine in de hersenen. Het serotoninegehalte is ook afwijkend bij mensen met eetstoornissen. Cholecystokinine (CCK) is een peptide dat de galblaas stimuleert om gal af te scheiden. Uit studies blijkt dat de CCK-concentratie in de hersenen van mensen die aan obsessies of eetstoornissen lijden afwijkend zijn.

Door de huidige kennis van de glycobiologie (kennis van de essentiële suikers) is nu bekend, dat aan deze peptiden monosacchariden (enkelvoudige suikers) zijn gekoppeld waardoor glyco-proteïnen worden gevormd. Hierdoor komt de signaaloverdracht tot stand.

En dit verklaart de werking van de cel communicatie, want met het enorme aantal suikers zijn er veel meer mogelijke combinaties te vormen dan met het aantal peptide-koppelingen. Cellen kunnen zo beter op elkaar inpluggen.

Zodra de informatieoverdracht wordt verbeterd met behulp van voeding met alle 8 essentiële suikers, zal ook de werking van de peptiden zoals serotonine en CCK verbeteren. Dit heeft weer indirect invloed op eetstoornissen en obsessies.

Essentiële suikers en peptiden

We weten nu door de kennis van glycobiologie dat aan deze peptiden monosachariden (suikers) zijn gekoppeld waardoor glycoproteinen worden gevormd waardoor de signaaloverdracht tot stand komt. En dit verklaart de werking van de cel communicatie, want met het enorme aantal suikers zijn er veel meer mogelijke combinaties te vormen dan met het aantal peptide-koppelingen.

Cellen kunnen zo beter op elkaar inpluggen. Zodra de informatieoverdracht wordt verbeterd met behulp van voeding met alle 8 essentiële suikers, zal ook de werking van de peptiden zoals serotonine en CCK verbeteren dat indirect weer een invloed zal hebben op eetstoornissen en obsessies.

Essentiële suikers en chronische vermoeidheid

Studies tonen aan, dat de glycosylatie bij CVS (Chronisch Vermoeidheid Syndroom) patiënten (de zgn. N-glycosylatie) anders verloopt dan bij gezonde personen. Glycosylatie is in de moleculaire biologie een enzymatisch proces waarbij suikergroepen gekoppeld worden aan een eiwit. Er is een daling te zien van bindingen zonder galactose en met één galactose-molecuul en een stijging van bindingen met één siaalzuur-molecuul.

De essentiële suikers kunnen positieve gevolgen hebben voor CVS patiënten omdat de glycosylatie wordt verbeterd en het immuunsysteem beter reageert om pathogenen van buitenaf (zoals virussen en bacteriën). Ook kunnen de ontgiftingsmechanismen, die bij CVS vaak zwak zijn, worden verbeterd met een goede voeding met essentiële suikers.

Essentiële suikers kunnen toxische stoffen die de cel heeft opgeslagen gedurende zijn normale functie als gevolg van toxische belasting vanuit het milieu verwijderen. Dit komt omdat het immuunsysteem eerder en makkelijker deze toxines ' herkent en aankoppelt' en dus effectiever kan verwijderen.

Essentiele suikers en de hormoonhuishouding

Glyco-proteinen zijn belangrijk voor het vrijmaken en het transport van diverse hormonen door het hele lichaam. De werking van hormonen (activiteit) wordt bepaald door de essentiële suikers. De mate waarop receptoren (antennetjes die seintjes opvangen en doorgeven) op cellen hormonen herkennen wordt bepaald door de essentiële suikers op de celwand.

Insuline receptoren bevatten glyco-proteinen. Glyco-proteinen zijn belangrijk voor de functie, het binden en het maken van het groeihormoon. Gonadotrope hormonen zijn glyco-proteinen, maar ook de anabole steroïde hormonen testosteron en dihydrotestosteron. 

De essentiële suikers spelen een rol bij de glycosylatie van het IGF hormoon (insuline like growth factor), van proglucagon (een voorloper van het hormoon glucagon), van de receptor voor glucagon en van de corticosteroïdenbindend globuline. Tevens van de voorloper en de receptor van vasopressine ( een hormoon dat de bloeddruk verhoogt)

Medicinale paddenstoelen en kanker

In het boek “Sugars that heal” van de arts Emil Mondoa wordt het belang van essentiële suikers aangetoond. De functionele essentiële suikers zijn de bouwstenen van polysacchariden, glycoproteïnen en glycolipiden.

In tegenstelling tot vetzuren of aminozuren zijn deze monosacchariden moleculen op talloze manieren met elkaar te verbinden. Zo zijn er bijvoorbeeld van vier aminozuren maar 24 verschillende permutaties te maken en van vier monosacchariden zo’ n 35560 unieke tetrasacchariden te maken.

Veel van deze polysacchariden zijn met hun grote verscheidenheid in vorm en aantal van groot belang voor de onderlinge celcommunicatie (informatie-overdracht en signaaltransductie) en herkenning van lichaamscellen door immuuncellen.

Ze herkennen afwijkende cellen, zoals kankercellen of met virussen geïnfecteerde cellen. Deze specifieke polysacchariden zijn in de vorm van glycoproteïnen, glycolipiden of proteoglycanen gebonden aan het celoppervlak en vormen de zogenaamde glycocalix (de suikerrijke mantel om de celmembraan).

Polysacchariden in de glycocalix zijn vooral ook van belang voor de verankering van cellen aan de extracellulaire matrix en spelen een rol bij de onderlinge hechting van cellen (cel-cel-adhesie). Bij kankercellen komen afwijkingen voor in de suikercomponenten van de glycocalix, dat herkend wordt door immuuncellen.

Een aantal van deze polysacchariden vervullen een essentiële rol in het immuunsysteem en bepaalde polysacchariden uit planten hebben een activerende werking op immuuncellen en kunnen zo van nut zijn in de behandeling van kanker.

De meest bekende medicinale paddenstoelen (poeder en capsules) zijn: Pleurotus streatus (Oesterzwam), Lentinus edodus (Shii-take), Grifola frondosa (Maitake), Ganoderma lucidum (Reishi), Cordyceps spp. (m.n. Cordyceps sinensis) en Coriolus versicolor. Regelmatig eten van de shiitake is in Nederland mogelijk, waarbij het verhit en fijngewreven, zeer fijn gesneden of gepureerd moet zijn om de opname van de polysacchariden te optimaliseren.

MucineLichaamscellen, T- lymfocyten, schimmels en planten hebben ieder hun eigen unieke receptoren, waarmee zij signalen opvangen. De receptor registreert het komen en gaan van ‘bekenden’ en van ‘buitenstaanders’.

Essentiële suikers spelen zoals beschreven hierboven een rol in hechting en celcommunicatie, zij kunnen letterlijk miljoenen verschillende codes vormen. De slijmvliezen worden beschermd door slijmmoleculen ( mucines) die ook “takjes” vormen en als receptor dienen.

Mucines zijn voor een groot deel opgebouwd uit de essentiële suikers zoals mannose, glucosamine, galactosamine en sialinezuur. In de darm hechten zij de miljarden darmvriendelijke bacteriën.

Ongezonde voeding en alcoholgebruik beschadigen de receptoren, waardoor schadelijke organismen zich kunnen binden. Een beschadigde darmflora kan daarom niet alleen worden hersteld door middel van probiotica, maar vooral door herstel van de slijmvliezen. Essentiële suikers stimuleren de vorming van gezonde receptoren en zorgen dus voor gezonde hechtplaatsen.

De praktijk

Laat uw voeding dus bestaan uit een breed palet met essentiële suikers. U kunt in uw zoektocht naar een optimale ‘zoete communicatie met uzelf’ hulp krijgen bij de natuurdiëtisten en natuurvoedingskundigen genoemd op de adressenlijsten op onze site.

Liesbeth van Duijn

Geschreven door: Liesbeth van Duijn

Liesbeth van Duijn: Deskundige in Voeding, Orthomoleculaire Therapie, en Neuro-Linguïstisch Programmeren (NLP) Epigenetican van ADHD en endorfine herstel Mijn naam is Liesbeth van Duijn, en ik ben opgeleid als diëtist aan de Haagsche Hogeschool. In mijn voortdurende zoektocht naar gezondheid en welzijn, heb ik me ook gespecialiseerd in Orthomoleculaire en Epigenetische therapie via Natura Foundation, evenals in BrainQ en NLP Master Practitioner bij niemand minder dan Richard Bandler zelf. Wat mij onderscheidt, is mijn persoonlijke ervaring met gewichtsproblemen en ongezonde eetgewoonten. Ik begrijp de uitdagingen en obstakels die mensen kunnen tegenkomen bij het streven naar een gezonder leven, omdat ik deze zelf heb overwonnen. Mijn focus ligt op de hormoonhuishouding en het beheer van neurotransmitters, die van cruciaal belang zijn voor succesvol gewichtsverlies en het bereiken van een optimale gezondheid. Als expert op het gebied van voeding en gezondheid, ben ik vastbesloten om mijn kennis en ervaring te delen om anderen te helpen hun doelen te bereiken en hun welzijn te verbeteren. Ik geloof sterk in de kracht van een holistische benadering van gezondheid, waarbij voeding, mentale gezondheid en levensstijl allemaal met elkaar verbonden zijn. Mijn passie is om mensen te begeleiden en te inspireren op hun reis naar een gezonder en gelukkiger leven. Laten we samenwerken aan jouw welzijn en de beste versie van jezelf worden. Neem gerust contact met me op voor deskundig advies en begeleiding op maat. Met vriendelijke groet, Liesbeth van Duijn