overgenomen van Natuurdietisten
Onderzoekers stelden vast dat vrouwen die ontstekingsbevorderende voeding aten 41% meer kans hadden op een depressie. Het dieet bestond o.a. uit geraffineerde granen, margarine, weinig groenten, koffie, wijn en frisdrank.
Ontstekingsbevorderende voeding en kans op depressiviteit bij vrouwen
In de huisartspraktijken melden zich steeds meer mensen met stemmingsklachten en depressie. Na pijn en vermoeidheid komen deze stoornissen op de derde plaats.
Depressie wordt in verband gebracht met stoornissen in de productie en/of werking van een groot aantal neurotransmitters, cytokines (spelen een rol in de immuun afweer) en hormonen: serotonine, dopamine, glutamaat, GABA, noradrenaline.
De hersenfunctie wordt gedomineerd door vier belangrijke biochemische systemen namelijk:
- 1. De serotoninegroep (stemming en slaap)
2. De dopaminegroep (energie)
3. De GABA groep (rust) - 4. De acetylcholinegroep (herinnering en denken)
Wil je meer weten over wat voeding voor je kan doen? Vraag dan nu een gratis consult aan!*
Om tot de juiste voeding interventies te komen bij stemmingsklachten is het noodzakelijk te achterhalen welke ‘triggers’ de oorzaak zijn van het probleem?
Grootschalig onderzoek; verkeerd dieet
In een nieuwe grootschalige studie (1) werden 48 685 vrouwen, met een leeftijd tussen 55 en 77 jaar, gedurende 12 jaar gevolgd (1996 tot 2008) op gebied van hun voedselinname en depressieve gevoelens.
Geen enkele vrouw was depressief op het moment zij aan de studie deelnam. Aan het einde van de studie hadden 6.446 vrouwen een depressie ontwikkeld. De onderzoekers stelden vast dat vrouwen die ontstekingsbevorderende voeding aten 41% meer kans hadden op een depressie.
Het ontstekingsbevorderende dieet bij de depressieve dames bestond voornamelijk uit: geraffineerde granen (pasta, witte rijst, koekjes, snacks), rood vlees, frisdranken en margarine. Daarnaast was het dieet arm aan olijfolie, groenten (bladgroenten en geelgekleurde groenten), werd er veel koffie gedronken en nam men regelmatig een glaasje rode wijn.
Belangrijkste oorzaak bij depressie en stemmingsklachten
De twee belangrijkste stoffen die grote invloed hebben op stemmingswisselingen en/of depressieve klachten zijn serotonine en dopamine. Serotonine is een neurotransmitter die betrokken is bij: slaap, stemming, emoties, eetlust, verwerking van pijnprikkels.
Bij een tekort aan serotonine zijn er slaapproblemen, vooral bij het inslapen en het doorslapen. Bij een tekort aan serotonine is er ook een tekort aan melatonine (dit is het inslaap en doorslaap hormoon). Het aminozuur tryptofaan is de voorloper van serotonine. Tryptofaan wordt echter niet altijd omgezet in serotonine.
Denk daarbij bijvoorbeeld aan ATP (energie) tekorten, maar ook aan ontstekingen in het immuunsysteem zoals bij allergie. Stress speelt hierbij ook een rol. Wanneer er verhoogde cortisolgehaltes in de lever zijn, zal er aanzienlijk minder serotonine worden geproduceerd. Bij stress gaat de serotonine en dopamine transformatie over naar adrenaline, hierbij worden ook de cofactoren zoals magnesium en de B-vitamines B3 en B6 opgemaakt.
Dopamine is een neurotransmitter die een grote rol speelt bij: ondernemingszin, besluitvaardigheid, initiatief nemen, plezier en emotionele expressie. Een dopaminetekort start met problemen met concentreren/focussen. Verstoringen in de dopaminehuishouding kunnen komen door voeding met een hoge calorische waarde (zoals alcohol en suiker), langdurige stress, activatie van het immuunsysteem en een tekort aan omega-3 vetzuren.
Wil je meer weten over wat voeding voor je kan doen? Vraag dan nu een gratis consult aan.*
Fakehormonen; medicatie geeft verergering
Er zijn situaties waar de dosis na de start van medicatie steeds verder omhoog moet. Dit kan de depressie na een aantal weken doen verergeren. Er kan dan sprake zijn van een reeds teveel aan dopamine en serotonine in de hersenen. Bij het ophogen van de medicatie, wordt het overschot afgebroken in afbraakproducten (zogenaamde fakehormonen).
Deze afbraakproducten gaan op de plek van de serotonine zitten waardoor de serotonine niet meer opgenomen wordt en men depressiever wordt. Als bij het gebruik van een SSRI (fluoxetine, citalopram en paroxetine) de depressie na een aantal weken alleen maar erger wordt, kan dit betekenen dat er geen sprake was van een serotinerge depressie.
Prolactine; dopamine remmende werking
Prolactine is het vrouwelijke stresshormoon. Stress bij vrouwen zorgt voor een verhoogde aanmaak van prolactine. Dit hormoon heeft echter een dopamine remmende werking. Wanneer het niveau van prolactine langdurig te hoog blijft zullen vrouwen merken dat ze zich niet meer goed kunnen motiveren of tot iets kunnen komen.
Histamine
Histamine speelt een bijzondere en vaak niet onderkende rol als mogelijk veroorzaker van depressie. Histamine wordt aangemaakt bij acute immuunreacties en zit veel in histaminerijke voedingsmiddelen zoals als kaas, chocolade, worst, zuurkool, ananas, varkensvlees.
Bij een overschot aan histamine treedt er terugtrekgedrag op. Ook is er minder ‘arousal’ en ontstaan er stoornissen in het slaap- waakritme
Glutamaat
In de hersenen zit de NMDA-receptor, deze gaat uit bij GABA (ontspannen) en aan bij glutamaat (inspannen). Gamma-aminoboterzuur (GABA) is een niet essentieel aminozuur en de belangrijkste, remmende neurotransmitter in het centraal zenuwstelsel (CZS). Bij een teveel aan glutamaat kan iemand niet meer tot rust komen en blijft continu in een alerte, nerveuze en rusteloze staat.
Voor de meeste in de cellen spelende processen is energie nodig. Adenosinetrifosfaat of ATP is zo'n energiedrager. Een ATP tekort zorgt voor verhoogde productie van glutamaat. ATP tekort wordt gezien bij overgewicht, insuline resistentie, een te grote afhankelijkheid van suiker. Glutamaten zijn ook te vinden in voeding. Let vooral op E621 t/m E625. Langdurig teveel glutamaat geeft depressie.
Hoe meer glutamaat hoe minder tryptofaan wordt omgezet naar serotonine.
Dieetinterventies blijken zinvol bij depressie
Onderzoek (6) toont aan dat er minder depressies voorkomen bij mensen die een dagelijkse voeding hebben rijk aan essentiële vetzuren waaronder olijfolie en visolie aangevuld met veel groenten , fruit, noten en zaden. Dit onderzoek is een samenvatting van 11 verschillende onderzoeken uitgevoerd bij mensen in de leeftijdsgroep van 18 tot 97 jaar.
De onderzoekers vonden dat het risico op depressie verlaagde bij mensen die voeding aten rijk aan vitamine B waaronder foliumzuur. Maar ook omega-3vetzuren, mono- onverzadigde vetzuren uit olijfolie, visolie, noten en zaden en daarnaast ook veel groenten en fruit op het menu hadden. De conclusie is dan ook dat voeding een invloed heeft op depressie.
Vetzuren
Dat goede vetzuren een heel belangrijke rol spelen in de prikkeloverdracht van de neurotransmitters is bekend. Alle celwanden zijn opgebouwd uit vetzuren. De goede vetzuren zorgen voor een betere geleiding en doorlaatbaarheid.
Overmaat aan slechte vetzuren van verhit vet, dierlijk vet en transvetzuren geeft aanleiding tot starre celwanden waardoor de energie van de cellen vermindert maar ook de geleiding van prikkels door de neurotransmitters hierdoor verlaagt. Daarnaast is alle vermelde voeding ook rijk aan mineralen. Naast voldoende water drinken zijn de mineralen essentieel in iedere vorm van cel-communicatie.
Magnesium tekort
De mogelijkheid dat een magnesiumtekort (7) een belangrijke oorzaak is bij de meest voorkomende ernstige vormen van depressie en aanverwante mentale ziekten zoals IQ verlies, verslaving, is belangrijk voor de algemene gezondheidszorg en verdient daarom meer aandacht.
Raffineren van voeding en in het bijzonder van granen ligt mede aan de basis van veel voorkomend magnesiumgebrek onder de bevolking. De magnesium- behoefte voor het lichaam is vrij groot, dit mineraal is nodig voor meer dan 300 biochemische reacties in het menselijk lichaam. Bij een magnesiumtekort wordt de neurologische noodzaak voor magnesium niet voldaan.
Dit leidt tot beschadiging van de neuronen. Deze magnesium- tekorten kunnen veroorzaakt worden door stress, overmaat aan calcium in het dieet, alsook door voeding arm aan magnesium.
Magnesiumrijke voedingsmiddelen zijn voedingsmiddelen rijk aan chlorofyl of de natuurlijke groene kleur van groenten zoals bijvoorbeeld spinazie en alle andere groene bladgroenten.
Het centrum van de chlorofylmolecule bestaat uit magnesium. De overige voedingsmiddelen rijk aan magnesium zijn bonen, erwten, noten en zaden. Daarnaast zijn ook niet geraffineerde granen rijk aan magnesium ( tijdens het raffineren van granen worden de magnesiumrijke vezels en kiemen verwijderd).
Wil je meer weten over wat voeding voor je kan doen? Vraag dan nu een gratis consult aan!*
Chroom reguleert serotonine
Volgens Professor Malcolm Mc Leod van de Universiteit van Noord-Carolina uit de Verenigde Staten is chroom niet alleen een belangrijke voedingsstof voor stabilisatie van de bloed-glucosespiegel, maar ook een uiterst effectief antidepressivum bij een atypische depressie.
Bij een atypische depressie hebben mensen naast een depressieve stemming ook last van gewichtstoename, continue vermoeidheid, sterke drang naar koolhydraten (brood, snoep, koek, chocolade) en voortdurende slaperigheid. Bij een klassieke depressie is er juist sprake van een verlies van eetlust, gewichtsafname en slapeloosheid. Deze vorm van depressie reageert minder goed op het gebruik van extra chroom.
Commentaar NDN
Gebruik van chroom geeft volgens Mc Leod bij een atypische depressie een positieve werking op de stemming via zijn invloed op de insulinehuishouding. Rijk aan chroom zijn volkoren producten, noten, zaden en peulvruchten. De behoefte aan chroom neemt toe bij het ouder worden, stress, overgewicht, diabetes en bij het gebruik van witmeelproducten en suikers.
De antidepressieve werking van een chroomsupplement wordt versterkt door dit te combineren met een voeding rijk aan tryptofaan, vitamine B6, foliumzuur, vitamine C, zink en chroom. Producten rijk aan deze voedingsstoffen zijn o.a. mager vlees, vis, ei, peulvruchten, noten, zaden, volkorenproducten, aardappels, verse groenten en fruit.
Wij geven hieronder in het kort nog een paar aandachtspunten:
- Laat een vetzuurprofiel maken (onderzoek naar de omega 3-6-9 vetzuurverhoudingen in het bloed).
- Laat onderzoek doen naar andere mineralen dan alleen magnesium en lithium (denk aan de relatie mangaan en lithium).
- Laat onderzoek doen naar de relatie van de methylering en depressie. De methylering staat onder druk door o.a. alcohol, koffie, vitamine B tekorten en bepaalde aminozuurtekorten zoals taurine, N-acetyl cysteine en S-Adenosyl Methionine (SAMe). SAMe komt nauwelijks in de voeding voor, maar kan in het lichaam worden gevormd door combinatie van adenosinetrifosfaat (ATP) en het aminozuur L-methionine.
Naarmate de mens ouder wordt, neemt het vermogen om SAMe zelf aan te maken drastisch af. Methyleringsreacties kunnen daardoor minder goed verlopen. Storing van methyleringsprocessen kan ernstige gevolgen hebben zoals gedragsstoornissen. SAMe speelt een belangrijke rol bij de regulatie van de stemming. Bij patiënten met zware depressie blijken lage SAMespiegels in de hersenvloeistof en het bloed voor te komen (8).
- Hormoongebruik belast o.a. de methylering, sulfatie en glutathionconjugatie in de lever met als gevolg depressie.
Marijke de Waal Malefijt
Lees meer op onze site over dit onderwerp:
Antidepressiva en overgewicht
Het verschil tussen L-glutamine en glutamaat
Regulatie van het endorfinesysteem met voeding (4 delen):
Deel 1: Regulatie van het endorfinesysteem met voeding
Deel 2: Endorfineresistentie met voeding opheffen
Deel 3: Endorfinereceptoren beschermen door voedinginterventies Deel 4: Exorfines elimineren uit de voeding
Info ► Het dieet ► Voeding ► Depressie ► Magnesium
Wil je meer weten over wat voeding voor je kan doen? Vraag dan nu een gratis consult aan!*
Literatuur en links:
1. Brain Behav Immun. 2013 Oct 1. pii: S0889-1591(13)00469-8. doi: 10.1016/j.bbi.2013.09.014. [Epub ahead of print] Inflammatory dietary pattern and risk of depression among women. Lucas M, Chocano-Bedoya P, Shulze MB, Mirzaei F, O'Reilly EJ, Okereke OI, Hu FB, Willett WC, Ascherio A.
2. Holford, P. The Feel Good Factor, Piatkus 2010, ISBN 978-0-7499-5316-4 Mc Leod M. et al, Effectiveness of chromium in atypical depression: A placebo-controlled trial, Biological Psychiatry, 2003;53 (3):261-4
3. Piotrowska A., et al, Antidepressant-like effect of chromium chloride in the mouse forced swim test: Involvement of glutamatergic and serotonergic receptors, Pharmalogicals Reports, November-December 2008;60 (6): 991-5.
4. Nierenberg A. et al, Clinical and demmographic features of atypical depression in outpatients with major depressive disorder: Preliminary findings from STAR”D” ,Journal of Clinical Psychiatry, 2005;66 (8):1002-11.
5. Docherty J. Et al, A double-blind, placebo controlled exploratory trial of chromium picolinate in atypical depression, Journal of
Psychiatric Practice, 2005;11(5):302-14.
6. Sanhueza C, Ryan L, et al, "Diet and the risk of unipolar depression in adults: systematic review of cohort studies," J Hum Nutr Diet, 2012 Oct 18
7. Eby et al. Rapid recovery from major depression using magnesium treatment. Medical hypothesis 2006 01.047.
8. Bottiglieri T, Laundy M, Crellin R, et al. Homocysteine, folate, methylation, and monoamine metabolism in depression. J Neurol Neurosurg Psychiatry. 2000;69(2):228-32
9. Papakostas GI, Alpert JE, Fava M. S-adenosyl-methionine in depression: a comprehensive review of the literature. Curr Psychiatry Rep. 2003;5(6):460-6
10. Bell KM, Potkin SG, Carreon D, et al. S-adenosylmethionine blood levels in major depression: changes with drug treatment. Acta Neurol Scand Suppl. 1994;154:15-8
11. Mischoulon D, Fava M. Role of S-adenosyl-L-methionine in the treatment of depression: a review of the evidence. Am J Clin Nutr. 2002;76(5):1158S-61S
12. T iemeier H, van Tuijl HR, Hofman A, et al. Vitamin B12, folate, and homocysteine in depression: the Rotterdam Study. Am J Psychiatry. 2002;159(12):2099-101
13. Bjelland I, Tell GS, Vollset SE, et al. Folate, vitamin B12, homocysteine, and the MTH FR 677C->T polymorphism in anxiety and depression: the Hordaland Homocysteine Study. Arch Gen Psychiatry. 2003;60(6):618-26
14. Williams AL, Girard C, Jui D, et al. S-adenosylmethionine (SAMe) as treatment for depression: a systematic review. Clin Invest Med. 2005;28(3):132-9
15. A lpert JE, Papakostas G, Mischoulon D, et al. S-adenosyl-L-methionine (SAMe) as an adjunct for resistant major depressive disorder: an open trial following partial or nonresponse to selective serotonin reuptake inhibitors or venlafaxine. J Clin Psychopharmacol.2004;24(6):661-4
*Disclaimer
Resultaten behaald in het verleden bieden geen garantie voor de toekomst. De resultaten verschillen uiteraard per individu, daarom stellen wij voor iedereen een persoonlijk voedingsprogramma op.