HEILIGE BOONTJES Overgenomen uit de Viva 2-6-16 Ging het er vroeger om welke auto je reed, tegenwoordig is zo gezond mogelijk eten dé manier om je streetcred op te krikken. Maar waar komt die obsessie vandaan? En: komen we er ooit nog vanaf? TEKST MARA GRIMM ILLUSTRATIE MEREL ANA Wie op zaterdagochtend zijn tijdlijn checkt, struikelt over de foto’s van bordjes havermout, groentesmoothies en latte art – doorgaans aangevuld met hashtags als ‘#happyhealthylifestyle’, ‘#healthychoices’ en ‘#cleaneating’. Offline is het niet anders: de ene na de andere juicebar opent zijn deuren, de boeken van Rens Kroes vliegen over de toonbank en ook superfoods zijn niet aan te slepen. We zijn bijna obsessief met eten bezig. Haalden we vroeger nog brood bij een willekeurige bakker, tegenwoordig zweren we bij dat ene desembrood, zelfs als we er twee kilometer voor moeten omfietsen. Tenminste, als we überhaupt gluten eten, want iedereen lijkt er een dieet op na te houden. Suikervrij, glutenvrij, koemelkvrij: een voedselintolerantie – ingebeeld of niet – is niet langer iets om je voor te schamen, eerder iets om mee te dwepen. GOEDKOPER DAN CHANEL Maar niet alleen gezonde voeding is populair. Ook de hogere regionen van de culinaire wereld lijken hun hoogtijdagen te beleven. |
Eerder zagen we chef-koks als anonieme alcoholisten die zich in een keldertje in het zweet werkten, nu sieren ze de covers van tijdschriften, signeren ze menukaarten en worden ze behandeld als de nieuwe rocksterren. We staan in de rij om bij ze te mogen eten en maken er een sport van om na het dessert nog even met ze op de foto te mogen. Wat en waar je eet, de koffie die je drinkt, de slager waar je je vlees koopt, het lunchtentje waar je met vrienden afspreekt: het zegt iets over wie je bent. Daarmee is eten het nieuwe statussymbool geworden.
Zoiets gebeurt natuurlijk niet zomaar. Foodtrendwatcher Marjan Ippel schrijft er op haar website talkinfood.nl regelmatig over. “Tien jaar geleden hadden we andere statussymbolen. Het draaide in die tijd om het type auto dat je reed of het merk jeans dat je droeg, maar dat lijken we steeds minder belangrijk te vinden. We dragen minder logo’s op onze kleding, en auto’s delen of huren we. Grote kans dat je van je kennissen niet weet welk merk auto ze rijden, maar wél welk dieet ze volgen.” Dit is deels te verklaren door de economische crisis; een spinaziesmoothie is een veel betaalbaarder statussymbool dan een Chanel-tas, maar je straalt er evengoed mee uit dat je een hoge kwaliteit van leven hebt. Bovendien vinden we spullen minder belangrijk dan vroeger; we hebben alles al, en daarom lijkt het meer te draaien om ervaringen. De beleving van een avond eten op hoog niveau, of een perfect gemaakte cappuccino in die ene nieuwe ontbijtzaak, is minstens zo veel waard als een nieuwe spijkerbroek. De voedingsindustrie speelt daar slim op in: het aanbod van eten is groter dan ooit. Ineens liggen er twintig soorten koffie in de supermarkt in plaats van twee. Dat geeft flink wat keuzestress, met alle gevolgen van dien. Ippel: “De keuze qua voeding is groter dan ooit. Omdat we daar moeilijk mee om kunnen gaan, zoeken we houvast in diëten. Dat is ergens ook logisch: als je een toonbank vol eten ziet, heb je de neiging om álles te kiezen. Maar als iemand zegt dat je bepaalde dingen moet laten staan, wordt je keuze beperkter, en dus makkelijker.” Dat kan verklaren waarom we vaak klakkeloos aannemen wat dieetgoeroes voorschrijven en als een kip zonder kop door het voedselaanbod rennen. De ene week zweren we bij vruchtensmoothies omdat ze ons een vitamineboost geven, een week later lezen we dat fruit belachelijk veel suiker bevat en belanden diezelfde smoothies linea recta op de zwarte lijst. En dronken we gisteravond nog rustig een glas rode wijn omdat het goed zou zijn voor hart en bloedvaten, vandaag lezen we dat je er sneller van doodgaat en stappen we over op gemberthee.
EXTREEM GOEDGELOVIG
Waarom die obsessie met gezondheid? Volgens Ippel heeft dat te maken met onze hang naar het eeuwige leven. “Vroeger bereikte je dat door vroom te leven. Maar omdat we nauwelijks meer naar de kerk gaan, zijn we op zoek gegaan naar nieuwe manieren om het
eeuwige leven te bereiken. Gezonde voeding heeft de belofte van een lang en gelukkig leven in zich, en je hoeft er niet eens voor te bidden. Kortom: met goed eten heb je wel de lusten en niet de lasten van een echt geloof.” Eten is daarmee een religie geworden. En iedereen heeft zijn eigen variant. De een eet uitsluitend duurzaam gevangen vis, de ander eet alleen nog maar rauwe groenten. En de een drinkt elke ochtend een glas warm water met citroensap, de ander functioneert niet zonder een gembershotje. We zijn er heilig van overtuigd dat we ons daar beter door voelen. Dat kan extreme vormen aannemen, zo extreem dat orthorexia de nieuwe anorexia lijkt. Vooral jonge meisjes lijken dwangmatig bezig met gezonde keuzes, intoleranties en diëten. Daarbij ligt de focus niet zoals vroeger op de lijn, maar op gezondheid. Ippel: “Een zelfopgelegde restrictie, zoals een ingebeelde intolerantie of levensbeschouwing, biedt houvast. Diëten geven een schijncontrole in de wildgroei van het voedselaanbod. Daar zal pas verandering in komen als we leren met die overvloed om te gaan.” Nu schieten we nog van het ene extreme in het andere. Denk: een maand niet drinken en vervolgens twee flessen wijn achterover gieten. Ippel: “Wat dat betreft zijn we net kleuters in een snoepwinkel. Maar dat hebben we totaal niet door: we zijn er écht van overtuigd dat dit ene dieet het enige juiste is. Iedereen is een expert geworden. Dat is ook niet zo gek: eten is iets wat je elke dag doet, waardoor je er automatisch veel mee bezig bent en je dus al snel een specialist voelt.” Logisch gevolg van al die zelfbenoemde experts is een wildgroei aan blogs, boeken en programma’s over eten. Want waarom zou je geen foto maken van je knisperende salade en die via social media delen, zodat je aan de wereld kunt laten zien hoe gezond je bezig bent? En waarom geen kookblog beginnen als je toch elke avond achter het fornuis staat?
GOJIBESSENMOE
Ook beroemdheden doen daar volop aan mee. Dat heeft voor- en nadelen. Ippel: “Als je jonge meisjes aanzet tot het drinken van klei omdat het je lichaam zou reinigen, heb ik daar problemen mee. Maar als iemand als Gwyneth Paltrow mensen kan overtuigen om een keer geen rotzooi te kopen en zelf een fatsoenlijke maaltijd in elkaar te draaien, is dat al winst.” Dat ze een groot publiek bereiken, is zeker. Niet alleen via social media, maar ook met boeken en kookprogramma’s. De populariteit van die laatsten is overigens best eigenaardig. Want hoewel we aangeven minder tijd te hebben om te koken, hebben we blijkbaar wél tijd om te zien hoe Jamie Oliver op tv een perfecte pasta bereidt en rennen we naar de winkel als er een nieuw boek van zijn hand verschijnt. Of we er daadwerkelijk maaltijden uit koken? Lang niet altijd. Maar we leggen het sowieso op tafel, zodat iedereen kan zien dat we van lekker eten houden. De vraag is of en wáár dit ooit ophoudt. Zijn er niet een beetje te veel experts op voedingsgebied? En hebben we écht zo veel kennis over
eten als we denken? Hoeveel mensen weten er eigenlijk wat een calorie is, wat gluten zijn en wat koemelk met je lichaam doet? Het gekke is: we zijn meer dan ooit met voeding bezig, maar lijken ook minder kennis te hebben. Nederlandse topkoks kunnen daarover meepraten. Het is eerder regel dan uitzondering dat hun gasten van tevoren dieetwensen doorgeven, om zich er de avond zelf totaal niet aan te houden. Zo kan het zomaar gebeuren dat de mevrouw voor wie een glutenvrij menu is bereid, doodleuk de hele schaal koekjes bij de koffie leegeet. Dat roept vragen op: zien we door onze dieetvoorschriften het bos nog wel? Eten moest toch vooral lekker en leuk zijn?
Gelukkig lijkt het einde in zicht. Zo rennen we niet meer massaal naar de winkel om gojibessen in te slaan als een of ander onderzoek verkondigt dat ze bomvol antioxidanten zitten. Ippel: “De extreme aandacht voor eten heeft zijn hoogtepunt bereikt. Dat kan ook bijna niet anders: het is niet meer bij te houden, zelfs niet voor mij als foodtrendwatcher. Ook de obsessie met gezonde voeding zal minder worden. Juist omdat er zo’n beetje elke dag een nieuw onderzoek verschijnt, nemen we gezondheidsclaims steeds vaker met een korrel zout en klinken er steeds vaker nuchtere geluiden. Bovendien treedt er op een gegeven moment verzadiging op. En dan? Dan komt er weer een nieuwe hype.”
HALLO YOGA- OBSESSIE
Waarschijnlijk zal het met voeding gaan als met zo veel trends: als de hype zijn hoogtepunt heeft bereikt, raken we erop uitgekeken. Dan is de kick er vanaf en blijven alleen de goede dingen over. En pluspunten zijn er zeker; we stoppen niet meer klakkeloos van alles in ons mond en de kwaliteit van wat we eten, lijkt stukken beter dan tien jaar geleden. Al die hippe koffiezaken hebben er immers wél voor gezorgd dat we het verschil zijn gaan proeven tussen een bakkie pleur en een perfect gezette cappuccino. En al die aandacht voor gastronomie maakt ook dat koks zich beter en sneller zijn gaan ontwikkelen. Maar what’s next? Het zou zomaar sport kunnen zijn. Hockeyster Ellen Hoog en presentator Arie Boomsma maakten onlangs al boeken over hun sporty levensstijl. Daarbij lijken eetdagboeken in tijdschriften vaker plaats te maken voor sportdagboeken. Ippel: “Of sport het nieuwe eten is? Ik denk dan vooral in een mix met het spirituele. Je ziet nu dat bijna alle sportscholen ook aandacht aan yoga besteden. Een groeiende groep integreert zelfs mindfulness en ademhalingstechnieken in hun reguliere lessen.” Maar wat betekent dat? Op zondagmiddag niet meer met je vriendinnen uit lunchen, maar met z’n allen naar de yoga? Atleet Dafne Schippers als nieuwe it-girl? En eindeloos veel tv- programma’s over fitness, die we vanuit onze luie stoel zullen bekijken? Vinden wij prima. Maar eerst nog even naar dat nieuwe
restaurant op de hoek. •
GEZOND VERSTAND
Roy van der Ploeg, woordvoerder van Het voedingscentrum: “Wij merken dat er de laatste jaren meer aandacht is voor voeding dan voorheen. Een van de belangrijkste oorzaken daarvan is de populariteit van social media. Vroeger waren het je familieleden, vrienden of buren die je iets over voeding vertelden, nu komt de informatiestroom van alle kanten. Van journalisten tot zelfverklaarde health- goeroes en van bedrijven tot BN’ers: iedereen lijkt te weten wat goed voor je is. Logisch dus, dat mensen het spoor weleens bijster zijn. Onze taak is om verheldering te brengen, daarom zijn we voedingscentrum.nl/waarheidoptafel gestart.”
FOODJOURNALIST
Mara Grimm (37) schrijft geregeld over eten voor tijdschriften als Linda., Elle Eten en Delicious. Daarnaast bracht ze verschillende boeken uit, zoals 'Desire' waarvoor ze topkok Sergio Herman een jaar lang volgde. In juni verschijnt haar nieuwste: ‘Ontbijt, recepten en verhalen voor in de ochtend’.